Wij zijn in Hem gedoopt (2008)

We hebben allemaal wel wat ervaring met dopen. Is het niet met ons eigen doopsel, dan zeker met een studentendoop of een doop in de jeugdbeweging. Niet altijd wordt er evenveel aandacht of tijd aan besteed. Ik herinner me de doop van een van de neefjes. We hadden niet meteen een parkeerplaats aan de deur van de kerk, en kwamen dus enkele minuten later toe. Toen bleek de doopplechtigheid al voor driekwart achter de rug.

Bij Jezus doop lijkt wel het omgekeerde het geval.
Al sinds Kerstmis zijn wij bezig met zijn geboorte, zijn familie, met de herders en de koningen die op bezoek komen en vorige week zijn doopsel. Akkoord, wij zijn een grote familie en dus duurt het wel even voordat iedereen langs geweest is. Maar teveel is teveel.
En toch staat de doop van Jezus vandaag opnieuw op het menu, zij het op een andere manier.

Jezus treft Johannes bij de Jordaan, om zich door hem te laten dopen. Hoewel Jezus en Johannes, volgens sommige verhalen, neven zijn van elkaar, gaan ze niet ‘familiair' met elkaar om. Ze lijken wél op de hoogte van mekaars activiteiten en, zo blijkt uit hun kort gesprek, ze hebben ook een groot respect voor mekaars bezigheden. Jezus rond het gesprek af met iets als: "Laat het nu maar gebeuren, zoals het past in de vervulling van Gods plan", laat ons nu maar volbrengen, al wat is vastgesteld. Daar stemt Johannes mee in.

Wij beleven het vandaag samen met Hem. Jezus wordt onder-gedoopt en rijst daarna uit het water omhoog. En dan gebeurt het: de hemel gaat voor Hem open en Hij ziet en voelt hoe de Geest van God op hem neerdaalt als een duif. En uit de hemel klinkt een stem: "Dit is mijn Zoon, mijn veelgeliefde, in hem stel Ik mijn welbehagen". Hij is een man naar Gods hart.

Mattheus beschrijft dit doopsel alsof wij het zelf meemaken, vanuit Jezus' eigen gewaarwording. Jezus beleeft iets goddelijks. Misschien merken de omstanders het niet eens, maar Jezus zelf maakt iets dieps mee. Een geestelijke ervaring. Gods Geest daalt op Jezus neer. Niet met kabaal, maar zachtjes als een duif. Bijna tè gewoon. En Hij wordt vol van de Geest.

God laat aan Jezus zien wie Hij is: de Vader die totaal van hem houdt. Zoals Jezus heel zijn bestaan aan God geeft, zo geeft God Hem alles wat Hij is. Ze zijn elkaars hemel. Van alle kanten klinkt het naar Jezus: Ik houd van jou. De Vader bemint Hem als zijn veelgeliefde Zoon. Hij voelt zich door Hem omringd en bemind.
Jezus maakt hier een top-ervaring mee, zoals Hij die later met zijn trouwste leerlingen zal delen op de berg Tabor. Nu weet Jezus wie Hij is: Zoon van God. Alles van de Vader is ook van Hem.

Hij raakt zich ook bewust van de taak die Hij te vervullen krijgt, en die door de evangelist Mattheus mooi, bijna naadloos, gelinkt wordt aan de woorden van Jesaja die we hoorden in de eerste lezing: "Hier is mijn dienaar doe Ik ondersteun. Hij is mijn uitverkorene, in wie Ik behagen schep".

Jezus heeft blijkbaar ‘iets' met Jesaja. Bij zijn allereerste predicatie in de synagoge van Nazareth zal Hij óók een tekst uit Jesaja lezen: "De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij gezalfd. Hij heeft mij gezonden om aan armen het goede nieuws te brengen, om gevangenen te bevrijden, om blinden opnieuw te laten zien en om onderdrukten hun vrijheid te geven".
Jezus herkent zichzelf in de tekst en haalt er precies dat stukje uit dat op Hem van toepassing is.

Dat is misschien niet zo vreemd. Jullie hebben het vast ook al ervaren dat je een tekst hoort of leest en plots denkt: hé, dat past helemaal bij mij, dat zou over mij kunnen gaan. Sommige mensen willen dat wel eens hebben bij het lezen van horoscopen, ook al zijn dié teksten op zowat iedereen toe te passen. Ikzelf heb het wel eens met een tekst uit de Bijbel of met een liedjestekst.
Bijvoorbeeld bij de titel van deze viering, "Wij zijn in Hem gedoopt". Dat is ook zo'n zin uit een liedje.

's Morgens heb ik, om wakker te worden, nood aan een goede kop versgezette koffie. En graag eet ik daar een speculaasje bij dat ik het liefst van al daarin helemaal wil onderdompelen. Zo wil ik mij ook het doopsel van Jezus voorstellen. Niet met een klein beetje water boven een bronzen kuip, maar helemaal doorweekt in het water van de Jordaan. En daarmee ook helemaal ‘gesopt' in zijn opgave.

Voor de meesten van ons is het lang geleden, dat wij gedoopt werden.
En al hebben wij er toen niets van begrepen, toch zijn wij (ook toen) mét en in Hem gedoopt.
Als wij "in Hem gedoopt" zijn, als wij helemaal van Hem doordrenkt raken, dan leert Jezus ons ook met andere ogen kijken. Dan kunnen wij in iedere mens onze naaste, een andere Jezus, herkennen en weten wij dat God liefde is. Elk mensenkind is kandidaat voor die eenheid.
 
Afdalen in de Jordaan en vragen om in Jezus gedoopt te worden is dan niet alleen een vraag om een voorspoedig leven, maar veeleer een keuze voor een betere wereld. Ook wij hebben hier een taak te vervullen. En net als Jezus zullen we ons door God zelf bevestigd weten bij die keuze: jij bent mijn zoon, jij bent mijn dochter, veel geliefd. Ook in jou stel Ik mijn welbehagen. Jij bent een kind naar Gods hart.