Twaalfde zondag door het jaar (1997)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 213 niet laden

Het thema van deze liturgie zij 'tot God roepen in je nood'. De mens, de wereld, de Kerk is in nood; als je dat ontkent, niet ziet, is de kans groot dat alles weer glad wordt gestreken en de nood onderbelicht blijft. Dan wordt ook de verleiding groot om in romantische termen van storm én tegenweer e.d. te spreken. Het is helemaal niet romantisch om in een crisis te zijn.

 

Tot God roepen in je nood - misschien beter: God leren kennen - ook in je nood. Daar gaat het om. Hoe we God leren kennen / dat we God leren kennen, is eigenlijk een geheim; daar is geen recept voor te geven. Je kunt wél zeggen dat het te maken heeft met eigen ervaringen, levenservaringen - ik denk aan geboorte, aan het vinden van een huwelijkspartner, aan de dood. Dat zijn van die momenten waarop je zegt 'dit kan niet zomaar'. Als het hiermee stopt, als er niets achter zit, heeft het leven geen zin.

Ik denk aan een helder ogenblik, een 'gegeven' ogenblik dat je ineens ziet wat je zoekt, inziet wat je zoekt, waarnaar je verlangt. Zo iets maakt indruk en het is aan jou om te zeggen of je dat gegeven is. Eigen ervaringen. Het inhaakpunt voor eigen ervaring ligt niet buiten jou, het ligt in je, het is al in je gelegd. N.a.v. een gebeurtenis, in een bepaalde situatie, wordt iets opgeroepen, ontstaat herkenning, wordt de kiem tot leven gewekt, wordt de Vonk tot vuur aangeblazen, begin je iets te vermoeden.

Ook een crisis kan zo'n ervaring zijn. We kennen wel de uitdrukking 'nood leert bidden'. Vergeten we niet dat het heel menselijk is, bijbels is. Het grote voorbeeld daarvan zijn de Joden toen zij in Egypte in nood zaten: ze hebben tot de God van hun vaderen geroepen: "De roep van de Israëlieten is nu tot Mij doorgedrongen" zegt de Heer tegen Mozes bij de brandende braamstruik; "Ik ben, van wie geldt Ik ben". M.a.w. je hoeft niet verder te zoeken dan Mij, Ik ben de laatste, zo je wilt de eerste, de oorsprong, jouw begin. "Ik ben er, Ik ben er voor jou". Juist in je nood.

We kunnen ons zelfs op schepping beroepen: Ik heb toch gewild dat jij kwam, dat jij er bent. Ik heb jou mooi gemaakt. Ik wil dat jij gelukkig bent.

Dit is fundamenteel. Het zal je maar gebeuren dat je je partner verliest, je je kind overleeft, ontslagen wordt, gehandicapt, in een ernstige depressie geraakt, je relatie stuk is, dat je ongeneeslijk ziek wordt, van je grond verdreven wordt, in levensgevaar bent en noem maar op. Als je dan in machteloosheid, wanhoop neerzit of in opstandigheid je vuist tegen de hemel heft, moge dan in die storm of in het oog van de orkaan die tekst van Job in je ontwaken: "Waar was jij toen Ik ... ?" 'jij was er niet eens, Ik wél en Ik ben er nóg. Ik weet wat ik doe. Ik ben jouw bron waar je troost/kracht uit kunt putten; als je troost/kracht ervaart, komt die van Mij, ben Ik het'. Moge je dan geloven dat God in de storm spreekt, als bij Job. Job groeit naar zijn antwoord toe: "Alleen van horen zeggen kende ik U. Nu heb ik U met eigen ogen gezien". Zo kunnen ook wij naar ons antwoord toe groeien, ons eigen antwoord.

Maar er is meer.

 

In het evangelie zien we dat hetgeen van God wordt gezegd in het O.T. - in de psalm en in de lezing van Job - nu ook voor Jezus geldt. Jezus zegt "laten we oversteken" en als je het verhaal doorziet, voel je al nattigheid. Alleen maar oversteken naar de overkant ? Door iets heen gaan ? Iets ervaren? In de storm, in hun doodsnood roepen ze hem: 'Raakt het je niet ? laat je ons in de steek?' Ze zijn beslist niet beleefd maar reageren heel direct en eerlijk: kan het Je niks schelen ?? Hij staat op en doet wat God doet. Medemens bij uitstek.

Dan komt zijn vraag: hebben jullie nog geen vertrouwen ? (Willibr.'95). Ik ben er toch ? Ik weet wat ik doe! Dat staat er niet met die woorden maar je hebt weinig fantasie nodig om dat erbij te denken. Ik ben er toch! Zo iets hoorde Mozes ook ! Ik ben er toch: huil maar, verwijt maar, gooi het er maar bij neer, doe niks, alles best .... maar je hoeft niet bang te zijn, Ik ben er toch! Ik weet wat ik doe. Heb vertrouwen In mij!' Als we dat kunnen, vertrouwen stellen in, zijn we verder dan geloven dat.

Geloven dat God spreekt in de storm is de eerste stap, die ons door het geloof wordt aangereikt. De tweede stap is geloven in. In de storm in God geloven. Horen dat HijZ dan spreekt. Dan moge het stil worden. En als het stil is, moet je danken. Vanzelf, je kunt niet anders. "Loof de Heer, goedertieren is hij: tot in eeuwigheid is Zijn genade".

Je hebt Hem weer een beetje meer leren kennen. Hij die Zich in Jezus van Nazaret heeft laten zien. Voor Jezus' volgelingen ligt dat vertrouwen nog dichterbij dan voor Mozes en Job omdat hij dichtbij ons staat. Ook als hij slaapt.

Wie is hij toch? Die vraag gaat voor ons niet meer op. Wij kennen Hem immers ... Of kunnen we Hem nog meer leren kennen? Nog meer leren vertrouwen?

Moge dat ook een perspectief zijn voor de hele wereld die in crisis is.

Moge dat ook het geloof zijn voor de Kerk, die in crisis is.

 

Ik hoop dat e.e.a. ook jongeren aanspreekt. In je persoonlijke groei, in je onzekerheid, in confrontatie met de wereld om je heen, in je teleurstellingen, in je verwachtingen, je idealen, moge je altijd je bron vinden, je eeuwige basis ervaren waar je uiteindelijk zelf op staat. Als je zoekt hoe dat kan, let dan op Jezus van Nazaret. Het verhaal over hem, Zijn verhaal is meer dan 2000 jaar oud ... of jong - wat je wil.

 

Geloven in God die spreekt in de crisis, in de storm. Zullen we ons tijd gunnen om daarvan iets op te vangen ?