Inleiding
In het evangelie van deze zondag staat die uitspraak die we allen kennen en die ook voor de tijdgenoten van Jezus een bekend gezegde was: ‘niemand is profeet in eigen land'. Hier is het Jezus die dit gezegde op zichzelf toepast wanneer hij aan de wrevelige en afwijzende mensen van zijn stad antwoordt: ‘een profeet wordt overal geëerd behalve in zijn eigen stad, bij zijn verwanten en in zijn eigen kring'.
Over deze uitspraak en het incident dat eraan voorafgaat willen we in deze viering wat mediteren. We doen dit in naam van de Vader, de Zoon en de heiligende Geest.
Laten wij eerst bidden dat het visioen van de profeten ons moge leiden (Gebed).
Daarna luisteren we naar het Evangelie (Mc 6,1-6)
Dit is een concreet verhaal. Hij ging van daar weg, d.i. van de plaats waar hij het doch-tertje van Jaïrus had opgewekt, om naar zijn vaderstad te gaan. Het is sabbat en hij gaat naar de synagoge en hij onderricht er (zoals elke volwassen Jood had hij het recht om na de lezing van de Thora commentaar te geven).
Wat hij er zegt, wordt niet vermeld, alleen maar dat de aanwezigen zich aan zijn optreden ergeren. In andere passages van het Evangelie ontspint zich een inhoudelijke discussie tussen Jezus en experten van de Schrift of van de Wet. Hier niet, hier wordt Jezus de autoriteit ontzegd om over bepaalde zaken zo te spreken als hij dat doet.
Wie denkt hij wel dat hij is? We kennen hem al van als hij nog maar ‘zó' was, hij is de zoon van Maria, hij is de broer van Jakobus, Josef, Judas en Simon die we allemaal kennen, zijn zusters wonen hier twee straten verder. Hij is een timmerman, een hand-werker. Waar haalt hij zijn gezag en wijsheid vandaan en indien hij al wonderbaarlijke dingen zou gedaan hebben, van wie heeft hij dan die macht?
Jezus gaat hier niet op in, knoopt geen gesprek aan maar maakt er zich eigenlijk van af door te antwoorden met een variatie op het door iedereen gekend gezegde van de profeet die in eigen land miskend wordt. In eigen land en ‘door zijn verwanten' voegt Jezus er aan toe.
Markus heeft dan die onthutsende uitspraak: ‘hij kon daar geen enkel wonder doen' (bij Mt. afgezwakt als ‘ hij deed daar niet veel wonderen'). En de passage eindigt met de vaststelling dat Jezus ‘verbaasd' was over het ongeloof van deze mensen. ‘Verbaasd' of misschien meer dan dat?
Van deze tekst was mij totnogtoe alleen de passe-partout uitspraak over geen profeet in eigen land bijgebleven. Maar met de voorbereiding van deze viering en dank zij de com-mentaren over het Markus evangelie, heb ik me pas gerealiseerd welk een ingrijpend moment de verwerping in Nazareth is: de missie zelf van Jezus wordt hier door de mensen -en de zijnen- in vraag gesteld . Een dramatisch gebeuren, een vooraf-schaduwing van de latere, algemene verwerping. In het Markus evangelie zal Jezus na dit incident geen synagoge meer betreden.
Typisch voor Markus is hoe in deze passage de menselijkheid van Jezus beklemtoond wordt. Hij is sociaal en familiaal ingebed en is daar gevoelig voor en kwetsbaar. Zodanig zelfs dat bij Mk staat: hij kon daar geen enkel wonder doen. Hij is m.a.w. geen oppermachtig wonderdoener maar iemand die afhankelijk is van de openheid van de ander.
In die zin is ook de vertaling van de laatste zin uit deze passage interessant. Meestal staat daar dat Jezus ‘verbaasd' was over de reactie en het ongeloof van de mensen in Nazareth. Maar in de Engelse tekst die ik bij mijn commentatoren vond, wordt het woord ‘shocked' gebruikt. Jezus was geschokt, onthutst, erg geraakt. Dat is wel een sterker en ook theologisch anders geladen beeld dan wat door ‘verbaasd' opgeroepen wordt. Past ook beter bij het feit dat hij er geen wonderen kon doen, hij was te zeer van streek. Eigenlijk is dit een tragische evangelietekst, roept hij al iets op van de sfeer van de Goede Week. En toch komt het erop aan het visioen levendig te houden:
Lied 364: "Om te zien een nieuwe aarde"
Geen profeet in eigen land. Wat is eigenlijk in de Bijbel een profeet? Commentatoren wijzen er op dat de term profeet niet zo goed gekozen is om het fenomeen aan te duiden dat men bedoelt. Profeet roept het beeld op van iemand die de toekomst voor-spelt, zoals een orakel of een waarzegger. Terwijl het in de Bijbel gaat om iemand die in naam van God tot een groep (gemeenschap,volk) spreekt, iemand die in naam van God een situatie of levenswijze kritisch beoordeelt en toetst aan Gods wil en plan.
Wanneer de bijbelse profeten het ook wel eens over de toekomst hebben, dan hebben ze het over het visioen van een wereld volgens Gods intentie, over de komst van de Messias, verwoorden ze de hoop op de komst van het Rijk Gods, roepen ze op om dit mee mogelijk te maken of dreigen ze met toekomstig onheil wanneer men zijn levens-wijze niet verandert. Fundamenteel is de bijbelse profeet echter iemand die zich door God geroepen of verplicht voelt om maatschappelijke toestanden en collectieve levens-wijzen te beoordelen en, gewoonlijk, te kritiseren en die er dikwijls ook niet voor terug-schrikt koningen en andere gezagdragers tot de orde te roepen.
Profeet zijn is dus een moeilijk positie. Hoe is men zelf zeker van zijn roeping en op grond waarvan zullen anderen die roeping erkennen en voor echt aanvaarden? Hoe dat in zijn werk ging is in de Bijbel niet zo duidelijk. Profeten hoorden voor vele mensen tot een bonte groep van waarzeggers, orakels, extatische voorspellers of zelfs bezetenen (zie de insinuerende vraag: van wie heeft hij die bijzondere macht? Kon ook van de duivel zijn)
Het probleem met de erkenning is blijkbaar nog groter ‘in eigen land, bij verwanten of in eigen kring'. Hier is wellicht wat psychologische verklaring voor. Misschien vraagt het aanvaarden van profetische taal psychologisch een eigen kader, wat plechtigheid en uitzonderlijkheid, wat afstand van het alledaagse leven met de alledaagse relaties. Zoals wij op zondag het kader van een viering en van de liturgie nodig hebben om een bepaald taalgebruik tot zijn recht te laten komen en te aanvaarden (dat we niet elke dag thuis gebruiken). Zo ook willen we misschien wel eens naar een profeet gaan luisteren of een artikel van hem/haar lezen, maar iets anders is er elke dag mee op de trein naar Brussel zitten. Ook is het openstaan voor de boodschap niet zo gemakkelijk wanneer men de eventuele dagdagelijkse kleine kantjes van de boodschapper kent.
Maar dit is een wat gevaarlijke piste: we kunnen de openheid voor de profetische taal toch niet voor speciale gelegenheden reserveren of het religieuze appél tot de zondagsviering beperken.. In die zin is ‘het land van de profeet' overal en zijn we allen zijn verwanten, behoren we allen tot zijn kring. Omdat namelijk zijn boodschap ons concrete leven raakt, ons op de huid zit, daarom zitten we soms toch met hem op de trein, zitten we in zijn land, het land waar hij/zij het risico loopt afgewezen en uitgelachen te worden.
Ook onze tijd kent gelukkig figuren met profetenallures, ook al zullen die zich niet allemaal op God beroepen. Personen met een gedrevenheid voor een zaak die hen overstijgt, bekommerd om fundamentele kwesties voor de mensheid en de aarde, bezeten door rechtvaardigheid en recht, door zorg voor de armen. Die zich misschien niet op God beroepen, maar toch ergens iets ‘heiligs' als laatste grond en referentie hebben. Personen en organisaties die de nek durven uitsteken, die met overtuiging wijzen op wat er verkeerd loopt, die ideeën en voorstellen durven te formuleren die overheersende gewoonten en denkwijzen grondig in vraag stellen en die ‘onmogelijk' lijken.
Denken we aan bekende namen als Mgr. Romero, M.L. King, Helder Camara, maar ook aan het niet aflatende appél van groepen die werken rond behoud van de aarde, eerlijke handel, schuldenlast, mensenrechten, vrede, financiële instellingen, alternatieve energie, duurzame landbouw... Al die vele pioniers en hun bescheiden initiatieven die weg-gelachen worden of werden totdat plots iedereen het altijd wel geweten had...
Moge de schitterende profetische traditie van het OT ook in de hedendaagse kerk-gemeenschap blijvend gekoesterd en verkondigd worden. En wat ieder van ons betreft: niet elk van ons is tot profetisch handelen in staat of geroepen, maar wél kan iedereen ernaar streven om van het land van de profeet een land te maken waar hij/zij niet afgewezen of genegeerd wordt.
Gebed van een Profeet
(Een gebed uit de wereld van de Latijns-Amerikaanse basisgemeenschappen en in naam van de vele Derde Wereld mannen en vrouwen die omwille van hun inzet voor recht-vaardigheid, hun rust, hun veiligheid, vrijheid en leven op het spel zetten)
Nog voor ge geboren werd kende ik u
Koos ik u uit om de profeet te zijn van de naties
Ge zult gaan naar waar ik u zend
En verkondigen wat ik u beveel
Ik kan niet anders dan luidop spreken en de risico's erbij nemen
Ik moet op weg gaan en volhouden
Wee mij wanneer ik dat niet zou doen
Hoe zou ik U kunnen ontvluchten ?
Hoe zou ik niet spreken wanneer uw stem mij van binnen verschroeit?
Wees niet bang want ik zal met u zijn
Wees niet bang om mij te verkondigen want door uw mond zal ik spreken
Ik maak u verantwoordelijk voor mijn volk
Verlaat uw broeders en zusters, verlaat uw vader en moeder
Laat uw huis achter want de aarde schreeuwt
Ik moet op weg gaan en volhouden
Wee mij wanneer ik dat niet zou doen
Hoe zou ik U kunnen ontvluchten?
Hoe zou ik niet spreken
wanneer uw stem mij van binnen verschroeit?