15° Zondag B (2012)

×

Waarschuwing

JUser: :_load: Kan gebruiker met ID: 419 niet laden

Het regent het zegent, de pannen worden nat. Ja, dierbare gasten en parochianen, zo is dat. Ze worden wel héél nat die pannen, deze zomer. Onze gedachten gaan uit naar onze landgenoten die op dit moment in tent of caravan op een camping verblijven en dag in dag uit regen hebben. Ook voor onszelf is het af en toe slikken. Wát een regen, niet normaal... Dat moet toch een keer ophouden? Het is juli, hoogzomer. Daar hoort toch bij: lekker warm en zonnig weer, zwoele zomeravonden, 's avonds tot laat buiten zitten met een glaasje witte wijn terwijl de kamperfoelie geurt?

Ja, veelgeliefden, zo is het. Zo hoort het. Maakt u zich dan ook niet bezorgd. Heb geduld, wacht rustig af. Dat mooie zonnige weer, normaal voor deze tijd voor het jaar, het komt terug...

En dat geldt ook voor het geloof en voor de Kerk. Vaak kunnen we daarover denken: het valt niet mee, we zitten in zwaar weer, het is treurigheid troef, we hebben alsmaar regen en de verwachtingen zijn niet gunstig... Wanhoop niet! Het komt terug, het mooie, goede weer, óók in ons geloof en óók wat betreft de Kerk.

Heeft u bijvoorbeeld de woorden van onze tweede schriftlezing vandaag, uit de brief van de heilige apostel Paulus aan de christenen van Efeze, goed tot u laten doordringen? Voorgelezen werd het begin van het eerste hoofdstuk van die brief. "Van Paulus, door de wil van God apostel van Christus Jezus, aan de heiligen en gelovigen in Christus Jezus te Efeze". Zo begint de brief. Maar we mogen vandaag ook invullen: "aan de heiligen en gelovigen in Christus Jezus in Amsterdam". En Paulus vervolgt: "Genade voor u en vrede vanwege God onze Vader en de Heer Jezus Christus!" En dan volgt het gedeelte dat de lector heeft voorgelezen. En dat is een hymne, een lofprijzing van God. En daarbij gaat Paulus helemaal uit z'n dak.

Heeft de lector, dierbare gasten en parochianen; heeft hij/zij bij dat voorlezen goed geïntoneerd? Heeft hij/zij bij het voorlezen de accenten op de juiste wijze gelegd? Voor een goed begrip van deze tekst, die wekelijks tijdens het avondgebed op de maandag in de Kerk klinkt; - voor een goed begrip van de tekst is het van groot belang dát daarbij de accenten goed worden gelegd. De tekst is namelijk gesteld in de "voltooid tegenwoordige tijd". De grammatica leert daarover dat die gevormd wordt, in de meeste gevallen door het gebruik van het hulpwerkwoord "hebben" en soms ook door "zijn", - in combinatie met het voltooid deelwoord. De voltooid tegenwoordige tijd duidt (1) een tijdstip in het verleden aan en (2) een voltooide handeling en legt (3) de nadruk op het resultaat van een handeling. En dit alles is in onze Paulustekst vandaag volop het geval. De volle nadruk bij het voorlezen van de tekst moet  vallen op de hulpwerkwoorden "hebben" en "zijn". Het gaat over God die ons "heeft gezegend met elke geestelijke zegen." Want in Jezus Christus "heeft Hij óns uitgekozen", nota bene "al voor de grondlegging der wereld". En: "Hij heeft ons voorbestemd om zijn kinderen te worden (...) tot lof van de heerlijkheid van zijn genade, waarmee Hij ons heeft begiftigd in de geliefde." "In Hem hebben wij de verlossing door zijn bloed, de vergeving van de zonden. Daarmee heeft Hij ons overladen in al zijn wijsheid en inzicht." "Hij heeft ons het geheim van zijn wil bekend gemaakt, overeenkomstig het besluit dat Hij in Christus had genomen." "In Hem hebben wij (...) ons erfdeel ontvangen." "In Hem hebt (...) u het woord van de waarheid gehoord, het evangelie van uw redding, in Hem bent u (...) tot geloof gekomen; u bent verzegeld met de beloofde heilige Geest." Wat een heerlijke woorden... allemaal gesteld in die voltooid tegenwoordige tijd. God heeft ons, in het verleden, Jezus Christus geschonken. En daarmee, in Hem, is iets beslissends gebeurd, waarvan wij in het heden volop de vruchten plukken, waarvan wij in ons heden volop profiteren, waarvan wij het effect in ons heden volop mogen ervaren. "Het", veelgeliefden, "het" beslissende ís al gebeurd. We hébben "het" al. Wij zíjn reeds gered. En wat een heerlijk geloof, wat een heerlijk bewustzijn is dat.

Ik heb ooit gebiecht in de Notre Dame in Parijs. Het was bij een oude priester. Hij was geweldig opgeruimd. Hij láchte almaar terwijl ik de meest verschrikkelijke zondes biechtte. En hij bleef maar herhalen: "Dieu pardonne tóus les péchés, tóus les péchés" – "God vergeeft álle zonden, álle zonden." Dat zei hij. Zoals gezegd: Hij bleef dat maar herhalen. En dan denk je: Hoe wéét zo'n man dat? Nou, hij kan dat weten, veelgeliefden, bijvoorbeeld door onze tekst van Paulus vandaag, het begin van de brief aan de christenen van Efeze: "In Hem hebben wij de verlossing, door Zijn bloed, de vergeving van de zonden, dankzij zijn rijke genade."

Betekent dat, veelgeliefden, dat je dan maar je gang kunt gaan, dat je maar rustig kunt zondigen? Nee, natuurlijk niet. Maar áls je gezondigd hebt, maak je dan geen zorgen, want weet dat je een beroep kunt en mag doen op die onuitputtelijke bron van genade en vergeving die God ons in Jezus Christus geschonken heeft.

Jezus heeft ons op weg gestuurd, sámen. En Jezus heeft ons daarbij macht gegeven "over de onreine geesten". Dus weet dat goed: Jíj bent sterker dan allerlei slechte gedachten, verlangens en daden waarmee je in jezelf of in andere mensen geconfronteerd kunt worden. Dat gebeurt, maar weet: Jij wordt met dat alles misschien geconfronteerd, jij hébt misschien die slechte gedachten en verlangens of zelfs daden, maar die gedachten, verlangens en daden hebben niet jou. Nee, jij bent sterker. Want Jezus heeft jou daarover macht gegeven. En Hij heeft ons geboden "om niets mee te nemen voor onderweg", "geen brood, geen reistas, geen geld in de beurs, geen twee stel kleren."

Het doet me denken aan de Tao te Ching, een verzameling Chinese wijsheidsteksten die in de vierde/derde eeuw voor Christus na vermoedelijk een lange tijd van mondelinge overlevering te boek werden gesteld. We lezen daar in die Tao te Ching: "De wijze ... hoewel men hem de meest prachtige dingen aanbiedt, blijft hij zichzelf en verkeert in rust. Want hoe zal de eigenaar van tienduizend rijtuigen zich ooit met gemak verplaatsen? Wie alles licht ópneemt (in de zin van: wie zich maar van alles en nog wat, allerlei "spullen", materieel en immaterieel, op laat dringen), (die) verzwaart zijn last. Wie zich in het gewoel begeeft verliest zichzelf." Tot zover de Tao te Ching. En die laatste woorden ("wie zich in het gewoel begeeft verliest zichzelf") werpen misschien ook licht op Jezus' woorden "als je bij iemand onderdak krijgt, blijf daar dan tot je weer verder reist." Dat lijkt: een open deur intrappen. Ja... natuurlijk... blijf je ergens totdat je weer verder reist. Maar bedoeld wordt misschien: Wees geconcentreerd. Hop niet met je aandacht van het een naar het ander, niet van dé een naar dé ander... Wees trouw in je aandacht. Als je ergens, bij iemand, bent en verblijft, wees dan ook dáár, wees er dan ook helemaal, wees met je gedachten dan niet elders.

Een mooie oefening is dat. En een oefening, veelgeliefden, die niet zo gemakkelijk is. Ik zwem een paar keer in de week. En terwijl ik zwem probeer ik met m'n aandacht bij en in het water te zijn en bij de beweging van het zwemmen en bij God, bij Jezus die ook in het water met en in mij aanwezig is. Bij Hem zijn, bij God zijn, bij Jezus zijn, ín het zwemmen zijn en op dat moment met de gedachten niet in de kerk of in Frankrijk of bij m'n ouders of bij wat ik allemaal nog moet. En als ik dat doe, merk ik, als ik werkelijk ín het zwemmen bij God bij Jezus ben, dan gaat 't ook het beste, dan werkt het ook het beste en heb ik er het meeste aan, aan dat zwemmen.

Ons is een boodschap toevertrouwd, een blijde boodschap, die dragen wij in ons mee en daarvan zijn wij de verkondigersters, te land, te zee en in de lucht. Wij verkondigen die boodschap niet omdat we er voor betaald worden, maar omdat we niet anders kunnen, omdat God zelf, omdat Jezus er ons toe aanzet – denk aan de profeet Amos vandaag in de eerste lezing. Hij is "veehoeder en vijgenkweker" en hij zegt: "(...) de Heer heeft mij achter mijn beesten weggehaald en de Heer heeft mij gezegd: Ga..." Zo gaan ook wij en  verkondigen een blijde, een verlossende, een genezende boodschap. En die boodschap is tegelijk een boodschap van bekering, van omkering, van terugkeer. Terug naar God, naar Jezus – en niet van Hem weg. Maar staan mensen daar wel voor open, voor die boodschap? Hebben ze daar wel een boodschap aan? Misschien wel, misschien niet. Dat is aan hen. "Als je ergens niet ontvangen wordt, en ze luisteren niet naar jullie, ga daar dan weg, en stamp het zand van je voeten: een getuigenis tégen hen!" Ach ja mensen, als er één deur dicht gaat, of dicht blijft, maak je dan geen zorgen: er staan er nog duizend open. Ga eenvoudig weg, ga eenvoudig verder. Je kunt niets forceren en je hoeft ook niets te forceren, dat is nergens voor nodig. Het regent, het zegent, de pannen worden nat. Laat het maar mooi gebeuren. Geniet er maar van. En de zon komt zeker terug. Amen.