Het is tegenwoordig dringen geblazen, als je naar de Matthäus Passion van Bach wilt. Lang van tevoren zijn de concerten al uitverkocht. En dit jaar stonden er weer meer stoelen in de St.-Janskerk van Gouda. Ik kwam een uur van tevoren, maar dit bleek niet genoeg om een beetje fatsoenlijke plaats te hebben. En alsof we er geen genoeg van kunnen krijgen, naast de bekende Passie-muziek van Bach herontdekken koren onbekende Passionen van bijv. Telemann en Händel, die zich ook in een toenemende belangstelling van het publiek mogen verheugen. Op zo'n moment zou je de indruk kunnen krijgen dat Goede Vrijdag en Pasen voor mensen steeds belangrijker aan het worden is.
Echter, niet alles wijst daar op. Zo wilde ik van de week een Italiaanse vriend - dat is dus iets anders dan een vriend in Italië - voor Pasen een kaart sturen. Ik liep hier op de Ferdinand Bol een willekeurige winkel binnen. Tot mijn teleurstelling zag ik niets wat mij aan Pasen deed denken. Eén miezerig rekje met wat kaarten van paashazen en paaseieren. Maar geen enkele kaart die duidelijk verwees naar Jezus' verrijzenis uit de dood. Om het vooroordeel van m'n Italiaanse vrienden niet te bevestigen dat we in Nederland helemaal van God los zijn, koos ik maar voor een kaart met lentebloesems, teken van nieuw leven na de doodse kou van de winter. Tegen de vrouw achter de kassa zei ik:"Jammer dat u alleen kaarten hebt met paashazen en paaseieren erop." Ze keek me aan alsof ze het gevoel had dat ze in de maling genomen werd en antwoordde toen:"Hoezo? Verwacht je met Pasen iets anders dan?" Ik wel.
Aaibaarheid
Nee, een kruis met lijkwade of een leeg graf in een bloementuin of een verrezen Christus riep bij haar geen associatie met Pasen op. Hoe ver je ook afstaat van het christelijke Kerstfeest, bij "Kerstmis" komt bij velen nog wel de kerststal voor ogen en zo de geboorte van Christus. Maar opstanding uit de dood, dat is veel te abstract; daar kun je je toch niets bij voorstellen? Bovendien is de aantrekkingskracht, want de aaibaarheidsfactor, van de paashaas en van jonge kuikens groter dan die van een houten kruis of een leeg graf, zoals hier ook vorige week bleek in gesprek met de kinderen.
Jezus is een ei
Toen ik echter m'n gedachten hier wat over liet gaan, moest ik denken aan een bezoek dat ik eens bracht aan een klooster van ons op de Monte Argentario, halverwege Rome en Florence, aan de kust. Ik maakte deel uit van een internationale groep Passionisten. De bekende schilder Tito, ook Passionist, had er muurschilderingen aangebracht. Een oudere Italiaanse medebroeder leidde ons met passie rond. Hij ging zozeer op zijn uitleg in, dat degene die zou vertalen hem maar nauwelijks kon bijhouden. Op een gegeven moment liepen we in een gang onder een boog door. Op verzoek draaiden wij ons om en zagen erop afgebeeld een kruis, een speer, een hysopstengel met spons, drie spijkers en ook... een ei. We vroegen naar de betekenis van het ei. De oude Pater antwoordde dat middels het ei verwezen werd naar de verrijzenis van Jezus: het gesloten graf, het nieuwe leven enz. De tolk echter, vermoeid als hij was van het vertalen, vatte het hele verhaal samen door te zeggen:"Jezus is een ei - Jésus est un oeuf." De arme Pater; we bestierven het van het lachen. U begrijpt, van de rest van de rondleiding kwam niet veel meer terecht.
Maar door zo'n voorval vergeet je nooit meer dat een ei in de beeldende kunst Jezus' verrijzenis symboliseert: het nieuwe leven.
Verrijzenis
Dat nieuwe leven verschijnt wanneer de steen voor het graf weggerold wordt, wanneer de eierschaal openbreekt. Het is een begrijpelijk symbool, evenals de doodse takken van de bomen die opnieuw uitbotten en een bloembol waar de prachtigste tulp of narcis uit voortkomt. Uit een afgesloten duister graf, plaats van dood bij uitstek, juist daar ontspringt het nieuwe leven.
Zo kan iets alledaags als een ei voor ons duiden op de kern van ons geloof. Zo kan iets dood-gewoons verwijzen naar het grootste mysterie: dat de Heer uit de dood verrezen is en een ieder die in Hem gelooft en sterft, met Hem zal verrijzen tot eeuwig leven. Maar het omgekeerde is ook waar: Als een symbool losgemaakt wordt van waarnaar het verwijst, verliest het z'n kracht. Het paasei wordt een lege dop, als het geassocieerd wordt met de paashaas.
Het is geen toeval dat het joodse [Uittocht uit slavernij, door de doodswoestijn] en christelijke Pasen in de lente gevierd wordt. De tekens van nieuw leven in de natuur helpen ons a.h.w. om het ongelooflijke te geloven. Wat aanwijsbaar levenloos is, komt toch weer tot leven, op een manier die je nooit had kunnen vermoeden: De Verrezene is de Gekruisigde; de uiteengevallen, teleurgestelde groep leerlingen wordt een levende gemeenschap van geloof, hoop en onderlinge liefde. Het zijn geen harde bewijzen, maar sterke aanwijzingen, overtuigende woorden en daden en onmiskenbare tekenen van toen en van nu die ons de Weg wijzen -een weg die niet dood-loopt, maar door de dood heen uitloopt op eeuwig leven zonder lijden.
Mogen wij, als leden van die liefdesgemeenschap van Jezus de Verrezene, in al wat we doen en laten levende, zichtbare tekenen zijn van dit geloof. Moge het zo voor ons allen zijn een Zalig Pasen. Amen.