Palmzondag B - 2012

‘God had de wereld zozeer lief dat hij zijn enige Zoon heeft gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.’

Zusters en broeders, we hoorden die woorden twee weken geleden, op de vierde zondag van de veertigdagentijd. Ze zijn van Jezus en Hij zei ze tegen de farizeeër Nicodemus. In het licht van het lijdensverhaal dat we zonet hoorden, zouden we aan die woorden kunnen toevoegen: ‘God had de wereld zozeer lief dat Hij zijn enige Zoon niet heeft gevrijwaard van het lijden.’ Of om het met de woorden van Paulus in de eerste lezing te zeggen: ‘Jezus heeft de gestalte van een slaaf aangekomen, en is gehoorzaam geweest tot de dood aan het kruis.’

Jezus is dus volledig aan de mens gelijk geworden. Hij heeft het menselijk geluk gekend, maar evenzeer heeft Hij het menselijk lijden gedeeld. Welk lijden wij mensen ook moeten doorstaan, welk leed we ook moeten verwerken, welke pijn ook ons leven door elkaar schudt: Jezus, God zelf, heeft dat lijden, dat leed en die pijn ook doorgemaakt.

Het mag ons en allen die onder het lijden gebukt gaan een steun zin: we staan er niet alleen voor. God, Jezus is mét ons. Amen.