Onze lieve doden, waar zijn ze heen? (2007)

De vele doden

“Where have all the flowers gone?” (Pete Seeger/Joan Baez).  “Sag mir, wo die Blumen sind.”  Vragen bij elk afscheid.  Zij zijn vooral prangend wanneer wij in een novemberviering de vele doden gedenken.  Waar zijn ze heen al de gevallenen van de oorlogen uit de vorige eeuw?  De 21° eeuw is pas begonnen en heeft al zoveel slachtoffers van terrorisme en oorlogsgeweld.  Waar zijn ze heen, zij die stierven wegens ziekte, ouderdom of een verkeersongeval?

Wij gedenken de oorlogsslachtoffers op 11 november.  Onze Noorderburen houden hun dodenherdenking op 4 mei.  De Nederlandse stichting Dr. Edith Stein vierde dit jaar in die periode haar 40 jarig bestaan.  Zij nam deel aan de dodenherdenking in Echt, waar zuster Benedicta a Cruce, Edith Stein op 2 augustus 1942 opgepakt werd en naar Auschwitz weggevoerd.  Indrukwekkend het groot aantal mannen en vrouwen uit het kleine stadje Echt, die als soldaat overzee, als burger, weerstander, arbeider, jood het leven verloren.  Levens zijn voortijdig weggerukt aleer ze konden bloeien.  Wat een aderlating voor een volk!  Welke droefheid en gevolgen wanneer in een familie een vader of moeder, een dochter of zoon sterft!  Waar zijn ze?  Wat met hen die nergens een graf hebben gekregen?

Vragen overstijgen

Sadduceeën wilden Jezus strikken.  Zij kwamen met listige vragen naar hem.  Het waren vragen over het hiernamaals, al geloofden ze er zelf niet in.  De Sadduceeën uit de bijbel zijn lang verdwenen, maar hebben veel opvolgers.  In elk van ons kan een Sadduceeër schuilen.  Wij halen argumenten aan om het onwaarschijnlijke van de verrijzenis te bewijzen.  “Dood is dood”, zeggen velen.  Anderen zijn voorstander van reïncarnatie, maar dit is geen verrijzenisgeloof.

Jezus overstijgt op meesterlijke wijze de vragen van zijn tegenstanders.  Hij laat zich niet vangen door hun constructies.  Hij wil niet zoals zij lineair verder denken alsof na de dood het leven gewoon zijn loop vervolgt.  Hij getuigt resoluut voor zijn geloof in de verrijzenis.  Deze is geen hervatting van de aardse wereld.  Het wordt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde.  Wij proberen ze te benaderen met beelden van zaaien en groeien.  Jezus hanteert als vaste regel zijn geloof in een God van levenden.  God overspant zowel het begin als het einde.  Bij Hem zijn Abraham, Isaäk, Jakob en zovele thuis.

De bijbelse mens heeft een lange weg afgelegd om te beseffen dat Gods liefde tot over de dood heen reikt.  God kiest voor het leven en wenst dat wij ervoor kiezen.  De moedige moeder van de zeven Makkabeeën verbindt het geloof in de scheppende God met het geloof in God, die verrijzenis bewerkt.  

Leven in overvloed

Jezus kwam opdat wij zouden leven en leven in overvloed, nu al en over de dood heen.  Hij onderging zelf de dood en werd door zijn Vader opgewekt.  Meer nog dan door zijn woord over de God van levenden, sterkt Jezus ons door zijn eigen dood en verrijzenis.  

Vanuit dit geloof dat onze doden bij God zijn, hebben wij met onze overledenen een andere verhouding.  Zij vergezellen ons.  Ze bekijken met grote mildheid ons doen en laten.  Als onze Heer een God van levenden is, dan leven onze afgestorvenen met ons mee.  Ze zien ons vallen en opstaan, ons bidden en werken, ons genieten en lijden.  Door aan onze overledenen te denken komt wellicht in ons zelf een stuk mildheid ten opzichte van hen allen.

Edith Stein was in haar jeugd een tijd lang atheïst.  Dit veranderde na de dood van haar vriend, docent Adolf Reinach.  Deze stierf tijdens de Grote Oorlog in Flanders Fields.  Edith Stein was getroffen hoe diens protestantse vrouw vanuit het verrijzenisgeloof haar rouw verwerkte.  

Wij vertrouwen in een God van Liefde, bij wie onze afgestorvenen thuis zijn.  
“Ik heb immers gehoord van een stad boven wolken, boven aardse, benevelde landen.
Ik heb gehoord van zonlichte stranden.
Halleluja, zo moet mijn ziel zingen: halleluja, ik reis naar die stad toe.
Ook al is mijn weg hier soms vermoeiend: het gaat naar omhoog en... naar huis.”
Op weg naar huis bidden wij met Dietrich Bonhoeffer:
"God, laat mijn aandacht zich richten naar U.
Bij U is het Licht. Gij vergeet mij niet.
Bij U is de hulp en het geduld.
Ik versta uw wegen niet, maar gij kent de weg voor mij"
(melodie Taizé)
In het elfde eucharistisch gebed vragen wij de Heer dat  “Als onze weg ten einde loopt, Hij ons opneemt in zijn huis, waar plaats is voor velen.  Schenk ons overvloedig leven in uw heerlijkheid.”